Vlag van 100% polyester
Afmeting; 1 X 1,5 m.
Vlaanderen is de noordelijke
deelstaat[2][3] van
België, waar officieel
Nederlands wordt gesproken. Doordat de instellingen van de
Vlaamse Gemeenschap – bevoegd voor onder meer
cultuur,
onderwijs en
welzijn – en die van het
Vlaamse Gewest – bevoegd voor onder meer economie, werkgelegenheid, openbare werken en landbouw – werden samengevoegd, ontstond één enkele
Vlaamse overheid bestaande uit het
Vlaams Parlement en de
Vlaamse Regering. In politieke zin slaat het begrip "Vlaanderen" dus op deze eengemaakte entiteit. Vlaanderen bestaat uit de provincies
West-Vlaanderen,
Oost-Vlaanderen,
Antwerpen,
Vlaams-Brabant en
Limburg, en uit het
Brussels Hoofdstedelijk Gewest, dat Vlaanderen deelt met de Franstaligen. Het zuidelijke deel van België is het
Franstalige Wallonië.
Het
Vlaams Parlement en de
Vlaamse Regering zijn gevestigd in
Brussel. Vlaanderen kent het
Nederlands en de
Vlaamse Gebarentaal (VGT) als officiële talen. In het Vlaamse Gewest, inclusief de
Brusselse Rand, is de Vlaamse overheid voor al haar bevoegdheden de enige bevoegde instantie en is het Nederlands de enige officiële taal op alle overheidsniveaus, uitgezonderd de
faciliteitengemeenten, waar ook het Frans een beperkte erkenning geniet.
Sinds in 1830 de
onafhankelijkheid uitgeroepen was, gaf de politiek dominante Franstalige
bourgeoisie voor de uitbouw van de nationale
eerste en
tweede industriële revolutie de voorkeur aan Wallonië, waar overheidsinvesteringen het zwaartepunt van de Belgische economie legden. Vooral tijdens het
Interbellum kwam de
Vlaamse Beweging op voor de
erkenning van het Nederlands en de sociaaleconomische ontwikkeling van het meer
agrarisch gebleven Vlaanderen en ze zou zich blijven verzetten tegen een algemene verfransing en het geleidelijk noordwaarts uitdijen van overwegend Franssprekend gebied. Dankzij naoorlogse investeringen voor verdere industrialisering werd Vlaanderen sinds de jaren 1960 welvarender dan
Wallonië en groeide het uit tot een van de meest welvarende, verstedelijkte en dichtstbevolkte regio's in de
Europese Unie. Dit ging gepaard met het vastleggen van de
taalgrens en de
federalisering van het land.