De
RMS Titanic was het tweede van een drietal luxeschepen uit de
Olympic-klasse, die een groot deel van het
trans-Atlantisch verkeer moesten verwerken. Het schip was eigendom van de
rederij White Star Line, en werd gebouwd in
Belfast. In de nacht van 14 op 15 april 1912 kwam de Titanic op haar eerste reis kort voor middernacht in aanvaring met een
ijsberg; een deel van de
stuurboordzijde werd op verscheidene plaatsen doorboord, en binnen drie uur was het schip gezonken. 1522 opvarenden kwamen om het leven.
[1] Hoewel dit naar aantal slachtoffers niet de
grootste scheepsramp in de geschiedenis is, is het wel de bekendste, vooral omdat het schip als "
praktisch onzinkbaar" bekend stond.
In 1985 werd het wrak teruggevonden onder leiding van
Robert Ballard, waardoor veel informatie over het schip en zijn fatale reis aan het licht kwam. Drie grote scheepsdelen en een hoeveelheid kleinere resten liggen op 3800 meter diepte op de bodem van de oceaan.
Op 21 augustus 2019 werd er een onderzoek gepubliceerd. De onderzoekers ontdekten dat grote delen van het schip verdwenen zijn door een metaaletende bacterie. Kenners denken dat er over twintig tot dertig jaar niets meer van het scheepswrak over is.